Spraakapraxie in de praktijk

Aug 1
Wil je graag weten hoe je spraakapraxie op de juiste wijze diagnosticeert en therapie op maat kan bieden bij personen met NAH? Meld je dan aan voor onze leerlijn spraakapraxie! Op 18 oktober a.s. staat de fysieke trainingsdag van deze leerlijn gepland in Breda. Ook in de eerste helft van 2025 staan de fysieke dagen alweer ingepland, zowel in Groningen als Breda. Bekijk hier de geplande data


In de afgelopen jaren zijn er op het gebied van spraakapraxie vele ontwikkelingen geweest. In de logopedische sector betekent dit dat we spraakapraxie steeds beter leren diagnosticeren en differentiëren van andere stoornissen die kunnen optreden na NAH. Dit doen we met behulp van het ‘Diagnostisch Instrument voor Apraxie van de Spraak (DIAS)’. Vervolgens stellen we een therapieplan op en bieden we oefeningen aan de patiënt aan uit het ‘Therapeutisch Instrument voor Apraxie van de Spraak (TIAS)’.
Write your awesome label here.
In bovenstaande video zie je een gesprek tussen Eline en Henk, een oud-patiënt, die in februari 2023 een herseninfarct heeft gehad, waarna hij niet meer kon spreken. Uit de afname van het DIAS is gebleken dat er sprake was van een zeer ernstige spraakapraxie, met daarnaast minimale tot geen woordvindproblemen (vastgesteld met de ‘Nederlandse Benoem Test (NBT)’). Er is destijds intensieve logopedische therapie ingezet (5x per week) en Henk heeft zelf elke dag daarnaast nog meerdere uren per dag geoefend. Dit heeft voor hem geresulteerd in dat hij weer heeft leren spreken en zich nu weer naar tevredenheid kan uiten, met af en toe een hapering in de spontane spraak. In de laatste testafname is gebleken dat er nog sprake is van een minimale spraakapraxie. Henk is meerdere keren significant vooruit gegaan op de verschillende testonderdelen van het DIAS. 

Het diagnosticeren van spraakapraxie en het differentiëren tussen afasie en dysartrie wordt in de praktijk vaak als zeer complex ervaren. Dit komt doordat er overlap bestaat tussen de symptomatologie van deze drie stoornissen. Het onderscheid maken tussen welke stoornis de verschillende symptomen veroorzaakt, wordt dan ook als lastig ervaren. Gelukkig biedt het DIAS hier een uitkomst in! Het DIAS is speciaal ontwikkeld om dit onderscheid te kunnen maken. Voor de patiënt is het essentieel dat dit onderscheid goed gemaakt wordt, zodat de patiënt stoornisgerichte therapie kan krijgen en de juiste therapiebenaderingswijze ingezet kan worden. In het geval van een combinatie tussen spraakapraxie en afasie/dysartrie, is het dan ook belangrijk dat voor beide stoornissen therapie op maat geboden kan worden. Een juiste diagnose is hierin cruciaal.

Het TIAS is een instrument dat bestaat uit twee verschillende methodieken, één gericht op de motorische programmering van de spraak en één gericht op de motorische planning van de spraak. Deze twee methodieken worden vaak naast elkaar gebruikt in de therapie. Goede kennis van de subtypen van spraakapraxie (onderliggende problematiek) is hier voor nodig, naast het kennen van de natuurlijke herstelmechanismen in combinatie met de motorische leerprincipes die van invloed zijn op het herstel. Bovenstaande kennis en vaardigheden komen allemaal naar voren in onze leerlijn spraakapraxie, dus wil je jezelf hierin verbeteren, schrijf je vooral in!